De Gemeenschappelijke Nautische Autoriteit maakt bekend dat:

na evaluatie met het Belgisch- en Nederlands Loodswezen van uitgevoerde proefvaarten worden door de GNA de volgende voorschriften aan de op- en afvaarten van de schepen van het type Jinling klasse gesteld:

Voor het vaartraject van de Westbuitenhaven Terneuzen  tot aan de ligplaats en vice versa, gelden de volgende voorschriften:

·         Beide boegschroeven dienen en goed te werken en langdurig gebruikt te kunnen worden.

·         Indien slechts één boegschroef beschikbaar is dient bij windkracht 5 Bft en hoger (gemeten op de Westsluis Terneuzen) een sleepboot mee te varen.

·         Indien geen boegschroeven beschikbaar zijn dient altijd een sleepboot mee te varen.

·         Het minimale zicht moet 500 meter bedragen.

·         Bij windkracht 7 Bft en hoger krijgen de schepen geen toestemming om op of af te varen.

·         De schepen dienen een gevalideerd sluisnaderingssysteem (full SNMS) aan boord te hebben.

·         Zolang het SNMS systeem niet standaard aan boord en gevalideerd is, dienen voor het traject Vlissingen rede tot aan de ligplaats en vice versa twee loodsen aan boord te zijn.

·         Indien het SNMS systeem aan boord niet werkt, dient dit tijdig gemeld te worden aan de GNA en de Loodsbesteldienst en dienen 2 loodsen te worden besteld.

·         De GNA kan aanvullende voorwaarden opleggen.

Deze bekendmaking wordt gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant.